Wetgeving
Tijdens het leven van Aletta Jacobs was de maatschappij heel anders ingericht. Vrouwen namen nauwelijks deel aan het publieke debat. Ook over alles waar vrouwen direct en indirect mee te maken had, vrouwen hadden geen inspraak op de inrichting daarvan. Denk niet alleen het het kiesrecht, maar ook gezondheidszorg, weten hoe je lichaam werkt. Het huwelijk en de rol van prostitutie voor de gezondheid van je kinderen.
Arbeidsomstandigheden of uitsluiting?
Dokter Jacobs constateerde op haar spreekuren dat veel jonge vrouwen die in winkels werkten gynaecologische klachten kregen, omdat zij veel uren achtereen moesten staan. Toen in 1886 een onderzoek werd ingesteld naar de toestand in fabrieken en werkplaatsen, verwachtte Aletta Jacobs ook een verbetering van de werkomstandigheden voor winkeljuffrouwen.
Maar uit een gesprek met de commissie van onderzoek bleek iets anders.
“dat het de heeren niet te doen was om inlichtingen aangaande de arbeidsvoorwaarden in winkels en magazijnen, doch dat zij hoopten van mij gegevens te krijgen, die het toen reeds zichtbare streven, om vrouwen zooveel mogelijk uit fabrieken en werkplaatsen te weren, meer kracht kon bijzetten. Dat ik voor dit doel mijne medewerking niet wenschte te verleenen, behoeft geen betoog.”
Volgens Aletta Jacobs waren de vrouwen wel geschikt voor dit werk, maar de omstandigheden waaronder men moest werken deugden niet. Via publicaties en oproepen vestigde zij hier de aandacht op.
Lees verder over haar acties
Weerstand
Veranderingen roepen altijd weerstand op, en degenen die het hardste schreeuwen hebben dikwijls het meeste te verliezen. Tegen de gevraagde ontwikkelingen in de wetgeving protesteerden vooral mannen. Zo betoogden zij regelmatig dat de bestaande wetgeving en maatschappelijke orde de vrouw juist beschermen, en dat verandering dus in haar nadeel was. De inmiddels klassieke argumenten werden van stal gehaald.
- Religieus: dit was de door God gewilde orde, waarbij naar uiteenlopende bijbelteksten werd verwezen
- Juridisch: juist door de bestaande wetgeving werd de vrouw beschermd tegen de man
- Moreel: de zwakke vrouw was niet geschikt voor een zelfstandig leven temidden van de slechte maatschappij. En daar kwamen de gebruikelijke suggesties over onvrouwelijkheid bij, meestal met vermeende humor gebracht.
Al zijn de meeste wetten nu gericht op gelijkwaardigheid tussen man en vrouw, de maatschappelijke moraal blijft achter. Prostituees worden nog altijd eerder gearresteerd dan hun bezoekers, grapjes over ‘pantoffelhelden’ weerspiegelen de angst voor een gelijkwaardige vrouw, die wel eens sterker zou kunnen zijn dan haar echtgenoot. En ook in de 21e eeuw krijgen vrouwen dikwijls voor hetzelfde werk minder loon dan hun mannelijke collega’s. “Er is nog zooveel te doen op de wereld”, schreef Aletta Jacobs in 1926. Menigeen zegt het haar nog altijd na.
Positie gehuwde vrouwen
In de tijd dat de vriendschap tussen Aletta Jacobs en Carel Victor Gerritsen inniger werd, dwongen de huwelijkswetten de vrouw in een ondergeschikte positie. De belofte van gehoorzaamheid die zij aan de echtgenoot moest afleggen, de wettelijke zeggenschap over eventuele kinderen en eigendom, en andere regelingen maakten de gehuwde vrouw afhankelijk van haar echtgenoot. Romans als Hilda van Suylenburg beschreven tot welke pijnlijke situaties dat kon leiden. Aletta noch haar geliefde Gerritsen konden zich vinden in deze wetten. Ze schreef dat zij van mening waren:
‘dat een vrouw die zichzelve respecteert, onder de bestaande huwelijkswetten geen huwelijk kan sluiten.’
Toch trouwde Jacobs in 1892, maar uit praktische overwegingen: zij verlangde naar het moederschap.
Einde van de martiale macht
De wetten waartegen Aletta protesteerde, waren in 1838 uitgevaardigd: mannen werden officieel het hoofd van de echtvereniging. Een vrouw die haar echtgenoot ongehoorzaam was, kon met het rechtboek in de hand gedwongen worden zijn wil te doen. Deze constructie van de ‘hoeksteen der samenleving’ is lang zo gebleven, vele decennia van protesten ten spijt. Pas in 1957 werd de belofte van gehoorzaamheid uit de wetgeving geschrapt en verloor de man de zeggenschap over de gemeenschap van goederen en daarmee de ‘martiale macht’.
Prostitutie noodzakelijk?
Eind 19de eeuw werd het bestaan van prostituees voor mannen noodzakelijk geacht. Mannen moesten altijd seksuele bevrediging kunnen vinden, meende men, anders werd hun gezondheid aangetast. Maar de vrouwen die als prostituƩe werkten en volgens deze redenering behoedsters van de mannelijke gezondheid waren, ontvingen voor hun werk alleen maatschappelijke verachting.
Aletta Jacobs zag al tijdens haar studententijd de onrechtvaardigheid van deze dubbele moraal. Een professor die beweerde dat prostitutie bestond opdat de man zijn driften kon uitleven, antwoordde ze dan ook:
‘Indien dat werkelijk uwe meening is, zijt ge zedelijk verplicht uw dochters voor dit doel beschikbaar te stellen.’