De loonkloof: Vanaf nu werken vrouwen onbetaald

Vrouwen zijn gemiddeld beter opgeleid dan mannen en werken meer uren per week dan een aantal jaar geleden. Toch krijgen vrouwen minder salaris en stromen vrouwen minder vaak door naar topfuncties dan mannen. Gemiddeld loopt een vrouw €300.000 mis in haar hele werkende leven
Er is een loonkloof in Nederland: gemiddeld verdienen werkende vrouwen nu 13,7% minder dan werkende mannen. Een deel van dit verschil is te verklaren. Vrouwen werken bijvoorbeeld vaker in deeltijd, mannen hebben vaker een leidinggevende functie en vrouwen werken vaker in sectoren met lagere lonen. Deze ongecorrigeerde loonkloof wordt berekend door het gemiddelde bruto uurloon van alle mannelijke en alle vrouwelijke werknemers te vergelijken.
Maar er is ook een deel dat onverklaarbaar is. Dit wordt de gecorrigeerde loonkloof genoemd en dit kwam neer op ongeveer 4% bij de overheid en 7% bij bedrijven. Bij de gecorrigeerde loonkloof wordt rekening gehouden met factoren die een verschil maken in de positie van vrouwen en mannen op de arbeidsmarkt, zoals verschil in functies en beroepssectoren. Het is belangrijk er werk van te maken om dit verschil te verminderen: gelijk werk verdient ook gelijk loon.
Eerder dit jaar kregen medewerkers van de Britse supermarktketen Tesco gelijk bij hun aanklacht tegen het bedrijf. De voornamelijk mannelijke medewerkers in de distributiecentra kregen structureel meer betaald dan de voornamelijk vrouwelijke medewerkers die in de winkel werkten. Dit verschil in loon vonden de aanklagers onaanvaardbaar, omdat de functies volgens hen gelijkwaardig zijn en gelijk salaris zouden moeten bieden. Zo zie je dat het toch zin heeft om loonverschil aan te kaarten.
1973: Staking voor gelijk loon
In de Nederlandse geschiedenis zijn er meerdere pogingen geweest om dit probleem onder de aandacht te brengen, waaronder de volgende actie. In maart 1973 leggen de mannen en vrouwen van ritssluitingenfabriek Optilon in Winschoten hun werk neer, deels uit protest tegen de ongelijke beloning voor werk dat door mannen en door werd vrouwen verricht. De staking krijgt landelijke aandacht. Vakbondsvrouwen en Dolle Mina’s verklaren zich solidair met de actie. In mei 1973 lanceerde Dolle Mina het ‘Werkende wijvenplan’, gericht op gelijk loon voor gelijke arbeid, gelijke kansen in opleiding en beroep, individualisering van de belastingen, gratis kinderopvang en gemeenschappelijke woonvoorzieningen.
Equal Pay Day
Hoewel het in Nederland sinds 1 maart 1980 verboden is om mensen die hetzelfde werk doen verschillend te belonen, gebeurt dit nog steeds. Equal Pay Day vestigt hier ieder jaar de aandacht op. Want als je de loonkloof omrekent naar werkdagen, werken vrouwen vanaf 11 november eigenlijk tot het einde van het jaar onbetaald. Equal Pay Day benadrukt het feit dat er nog steeds een loonkloof bestaat en dat hier iets aan gedaan moet worden door de overheid en bedrijven.
Het onderwerp komt gelukkig steeds meer onder de aandacht bij de media en het brede publiek. Sophie van Gool schreef onlangs een boek over dit onderwerp: Waarom vrouwen minder verdienen dan mannen en wat we eraan kunnen doen. In dit boek rekent ze af met de vele mythes en meningen over dit probleem. Ook roept ze iedereen op om de feiten onder ogen te zien en echt werk te maken van gelijke beloning. Binnenkort is dit boek ook te vinden in de bibliotheek van Atria!
Genderstereotypering
Het gevecht voor gelijk loon gaat hand in hand met het tegengaan van genderstereotypen. Deze lijken namelijk een rol te spelen in het doorbreken van de loonkloof. Vrouwen zijn gemiddeld hoger opgeleid en verdienen aan het begin van hun carrière meer dan mannen. Desondanks verdienen zij in de latere fases van hun werkende leven minder dan mannen. Genderstereotypen kunnen dit verklaren.
Het hardnekkige stereotype van de werkende man en de zorgende vrouw speelt hierbij een rol. Na de geboorte van een kind (in heterorelaties) gaan vrouwen vaak minder werken terwijl mannen voltijd blijven werken. Daarnaast spelen genderstereotypen een rol bij het kiezen van opleidingen en beroepen. Zo werken er veel meer vrouwen dan mannen in de zorgsector, waarin werknemers aanzienlijk slechter verdienen dan in andere beroepssectoren.
Ook speelt de Wet van Sullerot een rol. Hoe meer vrouwen werken in een beroep dat voorheen door mannen gedomineerd werd, hoe minder status dat beroep heeft. Dit hangt ook samen met het feit dat vrouwen regelmatig als minder kundig worden gezien. Door dit genderstereotype maken vrouwen minder snel kans op promotie en worden ze vaak lager ingeschaald dan mannen.
Het doorbreken van zulke genderstereotypen is dus van cruciaal belang om de loonkloof te doorbreken. Op dit gebied zijn er een aantal inspirerende voorbeelden uit het buitenland verzameld. Zo moeten bedrijven in IJsland aantonen dat het geslacht, de seksuele oriëntatie en etniciteit geen factor meer is in het salaris van werknemers. Ook Canada heeft soortgelijk beleid: werkgevers zijn verplicht een pay equity plan te maken.
Meer lezen over wat Atria doet op het gebied van gender en werk? Zie het programma Werk.en.de Toekomst
Beeld: freepik