Oorlog, vrede en vrouwen

vrouwen demonstreren tegen russische inval in oekraine en houden verschillende protestborden op

Oorlog raakt iedereen. Maar dat in de afgelopen weken Oekraïne als land getroffen is door Poetin’s binnenvallen, betekent niet dat elke Oekraïner dezelfde beleving van oorlog heeft. Vrouwen hebben in oorlogstijd vrijwel altijd een unieke ervaring ten opzichte van mannen. De rolverdeling tussen de geslachten, waar automatisch naar wordt gehandeld vanaf de eerste tekenen van conflict, lijkt voort te borduren op een traditioneel patroon. Mannen vechten voor hun land terwijl vrouwen het gezin draaiend houden. Als het te onveilig wordt, vluchten de vrouwen met kinderen en blijven de mannen met gevaar voor eigen leven achter.

In de huidige situatie in Oekraïne zien we dat mannen tussen de 18 en 60 verboden worden het land te verlaten, waardoor de meeste van de vluchtelingen die zich over Europa verspreiden vrouwen, kinderen en ouderen zijn. Spreekt deze verdeling van een patriarchale orde? En maakt dat de oorlog in Oekraïne, of oorlog in het algemeen, een feministische kwestie? Het feit dat mannen sterven voor hun land, voor ‘ons’, staat centraal in de manier waarop over oorlog wordt gesproken, en wat we ons herinneren. Hierdoor kan het lijken alsof mannen er in deze situatie ‘slechter vanaf komen. En oorlog dus niet bij uitstek vraagt om een feministisch perspectief. Toch denken sommige feministen daar anders over.

Oekraïense vrouwen in oorlogstijd

Dat vrouwen de kans krijgen te ontsnappen aan de gevaren die zij in het conflictgebied zouden ondervinden, garandeert nog niet dat zij in veiligheid verkeren. Zo blijkt bijvoorbeeld uit de oproep van Amnesty International aan Poolse autoriteiten om verantwoordelijkheid te nemen over de bescherming van Oekraïense vluchtelingen. Mensenrechtenorganisaties hebben melding gedaan van seksueel geweld tegen vrouwen en meisjes. En zij vrezen dat alleenreizende kinderen slachtoffer kunnen worden van mensenhandel. Ook voor vrouwen die achterblijven ligt een toestroom aan seksueel geweld op de loer. In het boek Women and war wordt beschreven hoe verkrachting en seksuele intimidatie, historisch gezien, een middel van patriarchale oorlogsvoering zijn. Voor de binnenvallende staat geldt het verkrachten van de vrouwelijke inwoners in het ingenomen gebied als een vorm van verovering.

Zo blijkt ook uit recente berichtgeving over de binnengevallen stad Boetsja. Langzamerhand is duidelijk dat het Russische leger hier honderden burgers heeft gedood en mishandeld, maar ook verkracht.

In hun stuk over oorlog en gender voor The Conversation citeren hoogleraren Mediastudies Kristin Skare Orgeret en Bruce Mutsvairo de academicus Joshua Goldstein, die schreef:

‘Het verband tussen oorlog en gender is waarschijnlijk het meest consistente genderthema over alle culturen heen’.

Zij schrijven dat hoewel er in Oekraïne traditionele genderpatronen in stand worden gehouden, deze oorlog juist ook laat zien dat de rolverdeling verandert. Zo komt de Oekraïense nieuwslezeres Marichka Padalko aan het woord. Zij en haar man besloten dat hij met de kinderen zou vluchten naar veilig gebied binnen het land, terwijl zij haar werkzaamheden als journalist voortzet. Een deel van de strijd speelt zich immers af in de media, lijkt haar motivatie. Het wordt gezien als een krachtige keuze voor een vrouw die haar strijd voor goede nieuwsvoorziening verkiest boven haar kinderen. Maar juist het feit dat het voor vrouwen als Padalko neerkomt op een keuze tussen moederschap en werk spreekt van een sterk aanwezige genderkloof.

Oekraïense vrouwen als symbool

Bij de aanval op de stad Marioepol publiceerde alle grote nieuwsmedia foto’s van zwangere vrouwen die op het punt stonden te bevallen, middenin het puin van een verwoest ziekenhuis. Het zijn afschuwelijke beelden als deze die ervoor zorgen dat internationaal de gemoederen hoog oplopen. En dat het nou juist foto’s van vrouwen betreft is waarschijnlijk geen toeval. Terwijl de man de onzichtbare held uithangt, krijgt de ontredderde en ontheemde vrouw een gezicht in de media. Volgens Tatiana Zhurzhenko, die over Oekraïens feminisme heeft geschreven, dragen vrouwen binnen een staat vaak de “last van representatie”.

Ook Women and war bespreekt dit fenomeen, en stelt dat hoewel ze in politieke termen gemarginaliseerd zijn, de symboliek van vrouwen onmisbaar is voor het overleven van een staat. Ze worden tot symbolen gemaakt die representatief zijn voor de nationale identiteit. Dit volgt uit het idee van de natiestaat als cultureel samenhangende groep, waarin vrouwen biologisch gezien de producent van nieuwe groepsleden is. Het beeld van de bevallende vrouw in het puin veroorzaakt door een aanval van de vijand, vertelt niet alleen dat de gezondheid van de vrouw in gevaar is, maar die van het hele land.

Oekraïense vrouwen als vredeszoeker

Vrouwen hebben in oorlogstijd dus een unieke positie. Aan de ene kant mogen ze, als ze daarvoor de middelen hebben, vluchten en worden ze gespaard van deelname aan het front. Maar aan de andere kant kunnen ze in andere gewelddadige situaties belanden, en dragen ze daarbij de last van representatie. Oorlogssituaties vragen dus wel degelijk om feministisch perspectief. Zoals Goldstein schreef is het misschien wel de meest consistente kwestie waarbij gender een thema is. Gelukkig betekent dat ook dat vrouwen wereldwijd in tijden van conflict tekenen van verzet hebben vertoond.

Zo kent Oekraïne natuurlijk ook tegengeluiden. Het land heeft een geschiedenis aan vrouwen die zich verzetten tegen hun aangewezen positie in tijden van conflict, en zich inzetten tegen het patriarchaat. Tijdens de onrustige tijd die het land kent rond het annexeren van de Krim in 2014 klinkt bijvoorbeeld vaak een feministisch geluid van de actiegroep Femen, wiens manifest bij Atria in de bibliotheek te vinden is. Hun motto luidt “My body is my weapon!”. Dit slaat op een vorm van activisme die de groep “sextremisme” noemt, waarbij geweldloos protest het uitgangspunt is. Bij de acties van Femen verschijnen de vrouwelijke groepsleden met ontbloot bovenlijf waarop provocerende teksten zijn geschilderd op strategische plekken. De look waarmee Femen zich profileert speelt in op een bestaande dichotomie tussen huisvrouw en hoer. De blote borsten choqueren, terwijl de bloemenkransen die zij op hun hoofd dragen doen denken aan een traditioneel folkloristisch symbool.

Women’s International League for Peace and Freedom

Het oorspronkelijk Nederlandse Women’s International League for Peace and Freedom (WILPF) heeft sinds 2014 ook een Oekraïense afdeling. WILPF werd in 1915 in Den Haag opgericht door kiesrechtstrijdsters. Zij wilden zich inzetten voor het beëindigen van de Eerste Wereldoorlog en het bereiken van een houdbare wereldwijde vrede. Ter gelegenheid van de VN-Wereldvrouwenconferentie organiseert  WILPF in 1995 een treinreis. 250 vrouwen uit 42 verschillende landen reizen van Helsinki naar Beijing. Onderweg stopt de trein op plekken waar ontmoetingen tussen de reizigers en lokale vrouwenrechtenstrijders plaatsvinden. Zo ook in Odessa en Kiev. De collectie van Atria beschikt over een groot beeldarchief van het WILPF-treinbezoek aan Oekraïne, bestaande uit foto’s van fotograaf An Stolpers. In de 21e eeuw formuleert WILPF de missie om een feministisch perspectief te ontwikkelen dat de kwesties van patriarchaat, militarisme en neoliberalisme ziet als onderling verbonden ideologieën die samen de kern vormen voor het ontstaan van conflict.

Oorlog tegen het patriarchaat

Oorlog vraagt wel degelijk om de bijdrage van een vrouwelijk perspectief. De strategie van sommige feministische groeperingen, zoals Femen en het WILPF, is gebaseerd op geweldloos verzet. Echter zijn er ook feministen die voor een andere benadering pleiten. Bij het uitbreken van de oorlog in Oekraïne wordt, als onderdeel van de online nieuwsbrief FEMINIST GIANT van Egyptisch-Amerikaans feministe Mona Eltahawy, een essay gepubliceerd dat uiteenzet hoe een feministisch antwoord op oorlog eruit ziet. Voor Eltahawy heeft dit weinig te maken met pacifisme. Ze wil af van de bestaande mythe dat waar mannen van nature gewelddadig zijn, vrouwen een vredige en verzorgende aard hebben. Dit is niet de juiste insteek, stelt het essay.

Een wereld vrij van patriarchale macht is niet geweldloos, en kan niet zonder geweld bereikt worden. Volgens Eltahawy is een feministische oorlogvoering is zelfs hard nodig. Maar, stelt ze, deze oorlog is er eentje die vrouwen moeten voeren tegen het patriarchaat, in plaats van voor bestaande patriarchale natiestaten. Eltahawy schetst een driehoek van het patriarchaat: de staat, de straat, en het huis. Deze drie oefenen tegelijkertijd, samen en los van elkaar, macht uit binnen een samenleving. En zorgen voor een geweldsvoering waar vrouwen altijd, in tijden van zowel oorlog en vrede, slachtoffer van zijn. Vrouwen strijden dus als het ware altijd voor hun bestaan.

In de collectie

Wie meer wil lezen over vrouwen en oorlog, militarisme, feministische inzet voor vrede en tegen patriarchale onderdrukking, en ook specifiek over Oekraïne, kan in de collectie van Atria terecht. Hier een selectie van wat er te vinden is: 

Foto: demonstratie tegen Russische inval in Oekraïne, Lissabon, februari 2022, foto: Ana Mendes, via Wikimedia

Sasja Alkemade, student Literatuurwetenschap & stagiair Collecties

Atria’s bibliotheek en archief in hartje Amsterdam herbergen één van de grootste collecties over vrouwen, gender en diversiteit wereldwijd. De rubriek In het nieuws reageert op actuele thema’s en ontwikkelingen vanuit relevante documentatie en publicaties binnen de collectie.

Delen:

Gerelateerde artikelen