Roosje Vos – biografie
Roosje Vos was naaister en voorzitter van de eerste vakvereniging voor vrouwen Allen Een. Ze was de dochter van Jacob Marcus Vos (schoenmaker) en Schoontje Jacob Fransman. Haar vader overleed toen ze pas 6 jaar was, en omdat haar moeder de opvoeding van de kinderen financieel niet aankon kwam Roosje terecht in een weeshuis. Daar leerde ze het vak van naaister. Op 21 juli 1903 trouwde ze met de onderwijzer Melle Gerbens Stel.
Het leven en werk van Roosje Vos
Op 30 maart 1897 werd de eerste vakvereniging voor vrouwen, de naaistersbond Allen Een, opgericht. Al snel werd Roosje Vos voorzitter van de nieuwe bond. Ze was bovendien medeoprichter van de coöperatie Samenwerkende Linnennaaisters in Amsterdam, die ontslagen naaisters weer aan werk hielp. Dames uit de vrouwenbeweging steunden de linnennaaisters door bij hen hun reformkleding te bestellen en vooraf te betalen.
In 1898 maakte Roosje voor de Nationale tentoonstelling van de Vrouw de Gruweltafel. Op de tafel lag de kleding die door naaisters was gemaakt, met daarbij welk loon ze hadden verdiend en hoeveel uur eraan was gewerkt.
Op 10 oktober 1898 verscheen ook het eerste nummer van De Naaistersbode, dat zich niet alleen tot naaisters, maar tot alle arbeidsters richtte.
Wie: Roosje Vos
Geboortedatum: 15 augustus 1860
Geboorteplaats: Amsterdam, Nederland
Sterfdatum: 22 juli 1932
Plaats van overlijden: Groningen, Nederland
Alternatieve naam: Roosje Stel-Vos, Ervé (pseudoniem)
Roosje Vos speelde ook in de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) een rol. Zo pleitte zij op het partijcongres van 1901 voor het vrouwenkiesrecht en de achturenwerkdag. Tijdens stakingsacties in 1903, waarbij het onder meer ging over het recht van werknemers om zich te organiseren in een vakbond, was zij afgevaardigde van het landelijk Comité van Verweer te Apeldoorn. Kort hierna verhuisde ze naar het Groningse Westeremden waar ze met de onderwijzer Melle Stel trouwde. Een tijdlang voerde ze van hier uit nog de redactie van De Naaisters- en Kleermakersbode. En ze bleef propaganda voeren, met name in het noorden. Daarnaast bleef zij ook actief in de strijd voor het vrouwenkiesrecht, zoals die door de sociaal-democratische vrouwenclubs werd gevoerd.
Literatuur over Roosje Vos
- Joodse vrouwen in de Nederlandse vrouwenbeweging (1898-1948) / Christel Tijenk (1997)
- De Naaistersbond van Roosje Vos : toneelstuk in negen taferelen of drie bedrijven / Els Launspach (1979)
- Vrouwen rond de eeuwwisseling / Aukje Holtrop (red.) (1979)
- Roosje Vos (1860-1932) / Albert Mellink (1974)
- Baanbreeksters (1960) Met o.a. een biografie van Roosje Vos
- Roosje Vos : oprichtster van de eerste vrouwenvakbond / Heleen Swildens, In: Margriet (1979)
Lees verder: socialhistory.org – biografie Vos, Roosje
Foto: wikipedia.org