Sonja Prins ( pseudoniem Wanda Koopman ) werd geboren als dochter van de schrijver Apie Prins en de vertaler en schrijver Ina Prins-Willekes Macdonald. Kort na de Eerste Wereldoorlog, op een leeftijd dat andere kinderen naar school gingen, maakte ze met haar ouders een lange reis door de Verenigde Staten en Canada. Later ging ze ook nog naar school in Zwitserland.

Wie: Sonja Prins
Alternatieve naam: Wanda Koopman
Geboortedatum: 14 augustus 1912
Geboorteplaats: Haarlem, Nederland
Sterfdatum: 15 januari 2009
Plaats van overlijden: Breda, Nederland

Het leven en werk van Sonja Prins

Op 17-jarige leeftijd richt Prins het internationale tijdsschrift Front op. Ze weet jonge schrijvers als Paul Bowles en Ezra Pound aan te trekken. Haar eerste dichtbundel verschijnt in 1933: Proeve in strategie. Deze wordt enthousiast ontvangen. In de crisisjaren sluit ze zich aan bij de CPN. Ze krijgt 3 kinderen, die ze alleen opvoedt.

In Bilthoven maakt ze een illegaal krantje, ze wordt opgepakt en op transport gesteld naar vrouwenkamp Ravensbrück. Haar oorlogservaringen verwerkt ze in De groene jas. Na de inval van de Sovjet Unie in Hongarije in 1956 neemt ze afstand van de CPN en de communistische retoriek. In de jaren 60 trekt ze zich terug in de bossen van Baarle-Nassau. In 1972 start ze met een vriendin uitgeverij SOMA, die tientallen poëziebundels uitgeeft.

Tot op hoge leeftijd bleef Prins gedichten en verhalen schrijven.

Bronnen:

• Nicolasen, Lidy. De eeuw van Sonja Prins: burgerkind, revolutionair, kluizenaar (2009)
• Digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren – Sonja Prins

Publicaties van Sonja Prins:

• Proeve in strategie (1933)
• De groene jas (1949)
• Brood en rozen (1953)
• Het geschonden aangezicht (1955)
• Nieuwe proeve in strategie (1957)
• Notities (1973)
• Dagboekgedichten (1974)
• Gedichten 1930-1958 (1975)
• Vrijheid om te zijn (1977)
• Brieven aan mijn zuster (1979)
• Rondom de boshut – vier seizoenen (1979)
• Dwangarbeid en verzet in Mecklenburg, 1944 (1982)
• Ook wij waren vluchtelingen: politieke gedichten 1979-1982 (1983)
• Ravensbrück (1985)
• Het huis waarin ik woon (1990)
• Op een kale winderige vlakte (1999)

Literatuur over haar:

• Pauline Catharina’s dochter, Ina Pauline’s dochter, Sonja Ina’s dochter, Het gaat om de kinderen: van moeder op dochter (1979)
• Prins, Sonja en Rinke van den Brink, De BVD saboteert de familiegeschiedenis van Sonja Prins: een dochter eist opheldering over de dossiers van haar ouders, in: Vrij Nederland 1997, nr. 32, p. 28-32